
Noodwet Arbeidsvoorziening
Artikel 5
1
Het Hoofd Arbeidsvoorziening oefent de hem bij of krachtens deze wet toegekende bevoegdheden uit met inachtneming van de door Onze Minister in overeenstemming met het gevoelen van de Raad van Ministers gestelde regelen en van de door Onze Minister gegeven aanwijzingen.
2
De door Onze Minister als Hoofd Arbeidsvoorziening aangewezen functionarissen van de Centrale organisatie werk en inkomen of van een Centrum voor werk en inkomen, zijn in die hoedanigheid ondergeschikt aan Onze Minister. De Raad van bestuur van de Centrale organisatie werk en inkomen verleent aan Onze Minister de medewerking die hij in deze verhouding behoeft. Bij regelen en aanwijzingen als bedoeld in het eerste lid kan van het bepaalde bij of krachtens de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen worden afgeweken, voor zover zulks in het belang van een goede uitvoering van deze wet nodig is.
3
Regelen, gesteld krachtens het eerste lid, worden in de Staatscourant bekend gemaakt.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.